Urgje
© Henk de Vries
© Dirk Engelage
Daar sta je dan,
getooid met mooie veren,
te pronk als koning-krijger
van je stam.
Maar zelf blijf je daarbij
wat buiten beeld;
zwart-wit en wat
in schaduwen gehuld.
Alsof alleen je rol
je aanzien geeft,
en je gewicht verleent
die wordt beaamd.
Maar achter dat vertoon,
die prachtig mooie veren,
dat moet wel gezegd;
ze zijn echt mooi! ...
Daarachter blijf jij toch
meest ongezien;
de krijger-mens,
die vecht gezien te zijn,
niet in je rol,
maar echt,
in wie je bent!
Jij krijger-koning,
krijger-mens,
jij vechter in de
schaduw van vertoon,
ik heb je wel gezien,
herken me wel in jou,
reik je de hand ...